Lamsrack met chapelure van knoflook en kerriesaus

Maak de lamsracks schoon door ze te ontdoen van het vlies.

Bestrooi ze licht met peper en zout.

Meng de paneermeel, knoflook en kerriepoeder door elkaar.

Nu heb je een Chapelure om me te paneren.

Doop de lamsracks in het ei en daarna in de Chapelure.

Verhit een koekenpan en doe daar de olie en de boter in en laat ze bijna uitbruisen.

Leg de lamsracks met de vleeskant in de pan en bak ze licht bruin.

Giet er af en toe met een lepel de jus over de onderkant van de racks.

Vergeet de botjes niet zodat ze er ook gebraden uitzien en er geen bloedrestjes op zitten.

Sleep regelmatig het vlees door de pan en draai ze na 3 minuutjes om.

Haal ze na 1 minuut uit de pan en leg ze op een ovenschaal om ze verder te garen in de oven.

Plaats ze in de oven van 160 graden.

Het zal ongeveer 10 minuten duren.

Zorg ondertussen dat de garnituur klaar staat en de saus op temperatuur is.

Kerrie-knoflook jus

Afval van de lamsracks

1 teentje knoflook fijngesneden

1/2 gesnipperde ui

1 theelepeltje kerriepoeder

1 glas rode wijn

2 dl kippenbouillon

1 dl glace de viande

Werkwijze Je kunt gebruik maken van het afval van het ontvliezen van de lamsracks en dit even aanbakken in een pan met 1 teentje knoflook en een halve gesnipperde ui en kerriepoeder.

Afblussen met 1 glas rode wijn en 2 dl kippenbouillon en 1 dl glace de viande toevoegen.

Laat dit inkoken totdat je nog een 1/2 dl over hebt.

Breng dit op smaak met peper en zout en voeg er nog 25 gram roomboter aan toe en roer deze door de saus.

Houdt de saus op temperatuur van 90 graden Celsius en niet meer laten koken.